Mineralen zijn, net als vitaminen, voedingsstoffen die onmisbaar zijn voor een gezond lichaam. Ze leveren geen calorieën, maar ze zijn wel belangrijk voor groei, ontwikkeling en onze gezondheid.
Je lichaam kan ze niet zelf aanmaken, je krijgt ze binnen via eten en drinken. We vinden ze in dode natuurlijke materialen die in dieren en planten terecht komen. En op die manier krijgen wij ze via ons voedsel binnen.
Over het algemeen krijgen we in Nederland voldoende mineralen binnen met onze voeding. Dus van een tekort is meestal geen sprake, mits je gezond en gevarieerd eet. Voor sommige mensen kan het noodzakelijk zijn om extra mineralen via supplementen te nemen (denk aan zwangere vrouwen), maar voor de meeste mensen is dit niet nodig.
Net als te weinig, kan te veel ook schadelijk zijn voor onze gezondheid. We krijgen bijvoorbeeld vaak te veel natrium binnen, doordat we over het algemeen te veel zout eten. Te veel natrium zorgt voor een hogere belasting van de nieren en het hart.
Mineralen en sporenelementen
Mineralen kan je onderverdelen in 3 categorieën, afhankelijk van de hoeveelheden die je voor een gezond lichaam nodig hebt.
Allereerst de essentiële mineralen, die je iedere dag in je voeding nodig hebt:
- calcium
- chloor
- fosfor
- kalium
- natrium
- magnesium
Dan zijn er de sporenelementen, hier heb je maar heel erg weinig van nodig:
- chroom
- fluoride
- ijzer
- jodium
- koper
- mangaan
- molybdeen
- seleen
- zink
Als laatste is er dan nog een categorie van mineralen die niet essentieel zijn. Je hebt ze niet persé nodig en als je er te veel van binnen krijgt zijn ze zelfs giftig:
- arseen
- borium
- kobalt
- lithium
- lood
- nikkel
- silicium
- tin
- vanadium